Slavernij

Vandaag voel ik de behoefte om mijn blog aan te laten sluiten bij het nieuws. Ik ben geschokt. Op Nos.nl en andere nieuwssites lees ik dat bijna 46 miljoen mensen vandaag de dag leeft als slaaf. Laat dit getal nu eens een moment bezinken en denk daar eens langer dan vijf seconden over na.
Bijna 46 miljoen mensen. Mensen zoals jij en ik. Van vlees en bloed. Alle clichés kan ik uit mijn hoed toveren, maar echt zeg nu zelf. In 2016 is dat toch schrikken. Bijna 46 miljoen. De Walk Free Foundation heeft hier onderzoek naar gedaan en gaat uit van de moderne slavernij zoals gedwongen prostitutie, kinderarbeid en mensen die gebonden zijn aan een werkgever vanwege schulden.

Ik schrik van dit soort cijfers en vind het moeilijk te bevatten hoe groot het probleem is. Vandaag worden er kinderen geboren als slaaf, aldus de Foundation. Dat is toch ongelooflijk. Je wordt geboren als slaaf en je ouders weten dat je nooit vrij zult zijn. Vrij alleen in je hoofd, maar de rest gevangen in een leven waar je niet voor hebt gekozen en waar je al helemaal niet aan kunt ontsnappen.

En wij allen zijn schuldig. Door het kopen van goedkope kleding bijvoorbeeld zorgen we ervoor dat kinderarbeid kan blijven floreren. Door het kopen van dat goedkope T-shirtje of die plasticfantastic schoenen blijven we slecht gedrag belonen. Werken er duizenden, miljoenen mensen in nauwe ruimtes, dicht bepakt op elkaar, zonder ventilatie uren en uren achter elkaar zonder pauze voor een paar euro per maand. Wij kopen het en gooien het net zo snel weer weg. Of al die plastic speelgoed of prullaria uit China. Veel wordt gemaakt onder erbarmelijke arbeidsomstandigheden. Die arbeiders zijn niet alleen de slaven van hun baas, maar ook onze slaven. Wij, verwende westerlingen, houden dit systeem in tact en daar schaam ik me voor. Ik schaam me dat slavernij nog steeds bestaat. Ik schaam me dat ik daar deel van uitmaak. Ik schaam me dat ik mezelf, maar ook iedereen om me heen de les lees, zonder zelf keiharde actie te voeren. Ik schaam me voor mijn laksheid. Ik schaam me voor mijn misplaatste empathie, alsof ik zou weten hoe die mensen zich voelen, alsof ik weet wat het beste voor de wereld is. Ik schaam me dat de ongelijkheid zo groot is. Ik schaam me om het feit dat ik toch stiekem heel blij ben dat ik hier geboren ben en niet daar, in India. Ik schaam me omdat die ongelijkheid nog steeds gekoppeld wordt aan kleur. Ik schaam me dat in mijn eigen land een fantastische inspirerende jonge man wordt aangehouden omdat hij bruin is en in een grote dure auto rijdt. Die fantastische jonge man is succesvol, maakt geweldige muziek en wil de wereld een betere plaats maken. Ik schaam me voor mijn kleur, want daardoor zit ik nu in een luxe positie. Dit cadeau dat ik mee kreeg van mijn ouders, maakt mijn leven hier een stuk makkelijker. Ik schaam me dat ik niet weet wat ik met mijn boosheid moet doen. Ik schaam me voor de politiek, die machteloos toekijkt. Ik schaam me voor de wereld die ik doorgeef aan mijn kinderen. Ik schaam me dat ik nu deze blog ga afsluiten op een laffe manier, want met schaamte bereik je niets. De tranen staan in mijn ogen en daar schaam ik me voor. Wat moet ik met deze emotie? Wat hebben die 46 miljoen mensen daar aan? Wat hebben al onze gekleurde medemensen daar aan? Wat heeft Sylvana Simons daar aan? Die elke dag bedreigd wordt omdat ze een kleur en een mening heeft. Niets. Zolang wij elkaar niet zien als mensen gebeurt er geen fuck. Ik geef deze wereld door aan mijn kinderen, probeer ze te laten genieten van kleur. De verrijking mee te geven, in te sluiten in je hart. Maar ja, wie ben ik?

Advertentie

Migraine

De pijn die je voelt zou ik wel uit je lijf willen rukken,
tegen de muur smijten en vervloeken,
kom nooit meer terug want anders.

Het kloppen in je hoofd wordt steeds erger,
ik kijk er naar en zie je wit wegtrekken,
wc omarmen en laten gaan van het vergif.

Ik wil je optillen, troosten, kalmeren,
de pijn vernietigen die dit op zijn geweten heeft,
kun je wel, neem eens iemand van je eigen leeftijd, schurk.

Een nat washandje geeft tijdelijk verlichting,
terwijl het licht juist tijdelijk verergert,
en ik erger me kapot dat dit jou ten deel valt.

Als die schurk nog eens zijn kop laat zien,
nou dan, dan, dan zeg ik er wat van, maar voor nu
waak ik over je in de nacht en zal morgen als beter zijn.

 

Kwelling

Gisteren schreef ik blog 150. Elke keer raak ik onder de indruk van de hoeveelheid blogs die ik inmiddels op mijn naam heb staan. Het is voor mij belangrijk om vol te houden en dus elke dag te schrijven. Soms gaat het schrijven als vanzelf, soms kost het me moeite. Ik merk wel dat het me steeds vaker moeite begint te kosten. Als ik eenmaal bezig ben dan stromen de woorden, maar de twijfel en mevrouw Kritiek slaan meedogenloos toe op momenten. Het is belangrijk om het vol te houden omdat ik een belofte wil inlossen aan mezelf. De belofte dat ik wil schrijven, maar het niet consequent deed. Elke keer een begin en dan weer snel afhaken. Nu is het gelukt om vol te houden, maar. Er is wel een maar. De stukjes die ik schrijf helpen me om mijn gedachten te ordenen, om het ritme er in te houden en mijn schrijfstijl te ontdekken, maar ik begin nu wel op een punt te komen dat ik af en toe diepgang mis. En dan weet ik niet hoe ik die er in moet brengen.

Mijn tweede verhaal loopt vast. Ik begrijp hoe dat komt. Zodra het te dichtbij komt, wil ik het liefst de andere kant op rennen. Daar heb ik het al eens uitvoerig over gehad in mijn blog over vluchten. Ik vlucht naar een andere hobby, in een ander boek, maar zie niet onder ogen dat doorschrijven van belang is. Het belang om meedogenloos te zijn en af te rekenen met mijn demonen door in een verhaal, al dan niet geheel non-fictie, alles aan de kaak te stellen.

Ook merk ik dat ik moeite heb om sommige dingen op te schrijven om verschillende redenen. Ik wil niet dat iemand ze leest of een bepaald iemand. Ik wil niet dat iemand iets weet omdat ik dan bang ben dat ik diegene kwets. Daar gaat het mis. Als schrijver moet je niet bang zijn om te kwetsen, want de waarheid is de waarheid van de schrijver. Ook al heb ik nu blog 150 geschreven, ik ben er nog niet. Ik moet door de angst heen en dat is spannend. Ook al weet ik dat bijna niemand mijn blog leest, toch ben ik bang dat net die ene persoon er achter komt dat hij of zij niet is uitgenodigd op mijn 12 1/2 jarig huwelijks feest. Dus schrijf ik wel over mijn huwelijk en jubileum, maar niet dat ik een tuinfeest geef.
Maar is dat eigenlijk erg? Is leven met de waarheid dat een vriendschap komt en gaat of soms op een laag pitje staat waardoor de keuze voor de gastenlijst voor een feest er anders uit komt te zien op dit moment, erg? Want als dat erg was dan betekent die vriendschap meer en had ik een andere keuze gemaakt, of niet? Waarom is het zo erg om toe te geven dat een bepaalde collega, die de potentie had om een vriendin te worden, niet past bij mij?

Ik worstel met deze vragen en merk daardoor dat ik niet vooruit kom met schrijven. Mijn gedachten en gevoelens zijn helder, maar door een bepaalde sociale norm ben ik toch bang mensen te kwetsen en kwel ik mezelf door omslachtig en voorzichtig te schrijven. Het antwoord op deze kwelling is duidelijk: schrijf meedogenloos. Zoals alle gevierde en door mij bewonderde schrijvers zeggen. Schrijf alsof je niets of niemand hebt en al helemaal niets of niemand te verliezen hebt. Ik heb nog een lange weg te gaan. Op naar de volgende 150 blogs.

Huwelijk

IMG-20160522-WA0006

Foto: Maaike Dekkers

Over precies twee weken zijn mijn lief en ik 12 1/2 jaar getrouwd. Dit jaar staat in het teken van vieringen. We zijn 20 jaar samen, beide 40 jaar geworden en dan gaan we ook nog eens vieren dat we een koper huwelijk hebben. Die benamingen van huwelijksjaren vind ik onzinnig, maar ook wel grappig. Voor mij is mijn huwelijk zilver of robijn of roos of tulp of een goed boek of een reep pure chocolade of een mooie sjaal of een frietje stoofvlees of twee gezonde kinderen of nieuwe ecco’s of een avondje uit of lang uitslapen of fietsen met de wind in de rug of kleine dorpjes ontdekken op vakantie in Frankrijk of gekookte mosselen puur natuur eten of dansen op Janis Joplin of een spannende veel te enge film kijken of samen op de grond vallen van het lachen.

Waar het om gaat is dat al die dingen die ik doe of eet of mee maak zo veel leuker zijn met mijn lief dan alleen. Het leven heeft glans, ook al stormt het. En geloof me bij ons thuis stormt het regelmatig. Het is heerlijk als de storm weer gaat liggen en de zon opkomt. De gedachte dat mijn lief altijd in de buurt is, mij altijd steunt en mij kent, geeft mij kracht en vertrouwen dat alles wat er ook op ons pad komt het hoofd geboden kan worden. Als het er namelijk op aankomt en we komen samen in een storm terecht weet ik dat we elkaar er doorheen slepen. Uit ervaring zijn we wijs geworden.

Ooit lagen we te zonnen aan de Kralingse plas in Rotterdam. Nog maar net verliefd lagen we daar wat te keuvelen. We hadden een kleine picknick bij ons en alles was perfect. De zon was niet te heet, koel windje erbij. Prima vol te houden. Opeens werd het doodstil. De wind vertrok en binnen een paar minuten pakten donkere wolken zich ineen, boven ons. Het leek alsof de wereld werd afgesloten door een donker zwart doek. Een paar seconden later begon het keihard te regenen en hagel viel naar beneden. Het donderde en de bliksem sloeg om ons heen. We pakten elkaars hand en renden zo hard we konden naar mijn appartement. Drijfnat waren we en onze ogen waren helemaal rood. Dat was de dag dat ik wist dat ik deze man lief had en nooit meer los zou laten. Vele stormen hebben we later het hoofd geboden, uit gelachen. Wat denken ze toch? Wij zijn niet klein te krijgen. Volgende week vieren we de liefde, door weer en wind.

Verantwoordelijkheid

Er zijn van die dagen dat niet alleen het lichaam moe is, maar ook de geest. Ik heb een drukke week achter de rug met een emotioneel hoogtepunt gisterenavond. Ik moest werken en daar ging het er emotioneel aan toe. Uiteraard ga ik hier niet uit de doeken doen wat er aan de hand was, maar wat ik me plots nog meer realiseerde dan ooit is: wat een enorme verantwoordelijkheid hebben wij op ons afgeroepen op het moment dat we kinderen hebben gekregen.
Ik zie in de praktijk genoeg voorbeelden waarin ouders elkaar zo kapot willen maken dat ze daarmee de kinderen onherstelbaar schade toe brengen. Uit een documentaire blijkt dat ook al gaan ouders op de meest vredelievende wijze uit elkaar (dus in goede en liefdevolle harmonie) dat de kinderen toch schade oplopen.

Die verantwoordelijkheid grijpt me soms bij de strot. Het kan me enkele minuten verlammen. Ik weet hoe het is om beschadigd te raken en dat wil ik mijn kinderen niet aandoen. Voortdurend met deze verantwoordelijkheid voor in het brein leven is natuurlijk geen doen. Het is net zoiets als voorzichtig schaatsen. Hoe voorzichtiger je schaatst hoe harder je valt met meer schade dan als je “gewoon” zou hebben geschaatst.

Maar het advies dat je niet te lang stil moet staan bij deze verantwoordelijkheid zou ik nooit aan iemand geven. Het moet geprent zijn in het diepste van je onderbewustzijn en als een sticker zichtbaar zijn in je bewust zijn. Nooit mogen ouders deze plicht vergeten. Dan de balans te zoeken tussen verantwoord en plezierig, los en strak, vasthouden en teugels laten vieren. Voor mij vat dat het leven samen: balans zoeken en het liefst ook vinden, al is het maar voor een moment en dan weer verder zoeken. Je uiterste best doen. Brokken maken, deze weer herstellen en bovenal een veilige omgeving schenken aan de kinderen. Ze mogen zien dat je boos bent of verdrietig, emoties horen bij het leven. Je mag af en toe eens tieren, zuchten, het even niet meer zien zitten, maar dan popt daar weer die verantwoordelijkheid op en zoek je weer verder naar de balans. Ik vind het heftig en hoop dat ik na een jaar of twintig kan zeggen: over het algemeen hebben we gebalanceerd op geluk.

Laan

IMG-20160522-WA0004

Foto: Maaike Dekkers

In de laan,
mag je gaan,

zijn wie je bent,
ongeremd,

kin hoog opgeheven,
vier voluit het leven,

angsten vliegen omhoog,
geluk komt neer in een boog,

ik ren zo hard ik kan,
met jou in mijn ban,

samen trekken we er op uit,
leven voluit,

niet alleen nu, maar ook dan,
ik weet dat ik met jou kan,

laten we gaan,
door de lange zwierende laan.

 

Kaya

IMG-20160522-WA0005

Foto: Maaike Dekkers

Oneindig groter voel ik me bij jou,
gekoesterd en begrepen,
ook al zeg je niets,
doe je niets.

Het gras kan niet groener zijn dan bij jou,
het gevoel niet intenser zijn dan alleen,
als ik je kon beklimmen,
zou ik in je wonen,
dan vertelde ik je al mijn dromen,
vertrouwde je mijn angsten en zorgen toe,
en samen trotseerden we dan de wereld,
met opgeheven hoofd.

Maar in je klimmen kan ik niet, mijn benen dragen
mijn lijf niet, armen zijn niet lang genoeg,
lijf te kwetsbaar, dus blijf ik zitten bij jou,
zoek je elke dag op,
ook in mijn gedachten en dan weet ik
dat je armen mij zullen beschermen,
koesteren en troosten en de eenzaamheid
glijdt de aarde in, opgezogen door het groene gras.

 

 

 

 

 

 

Lesgeven

Ik zit hier achter mijn laptop moe en voldaan. Vandaag heb ik de hele dag les gegeven aan niet-juristen over juridische onderwerpen. De dag was verdeeld in vier blokken en in totaal heb ik dus vier keer een verhaal van 1 1/2 uur verteld aan in totaal 130 mensen. Best wel vermoeiend, maar ook leerzaam en inspirerend. Vooral ook leerzaam voor mezelf.

De laatste groep kwam om half vier binnen en wat schetst mijn verbazing: een schoolvriendin van de basisschool kwam binnen lopen. Ze was geen spat veranderd, ook al had ik haar al jaren niet gezien. Ik herkende haar gelijk. Ze had nog steeds dezelfde twinkeling in haar ogen en af en toe moest ik gewoon weg kijken en een ander aankijken anders zou ik in de lach schieten. We hadden als kinderen veel plezier en zij is – daar kwam ik veel later pas achter- onbewust een reden voor mij geweest om rechten te gaan studeren. Zij was niet populair, had een vader uit een ander land en droeg een bril. Voor sommigen reden genoeg om haar te pesten. Dat beviel me niet. Hoe jong ik ook was, ik zocht altijd naar rechtvaardigheid. Ik vond haar lief en grappig en kwam voor haar op.

Nu stond ik daar en zat zij voor me, aandachtig luisterend en voelde ik trots. Trots voor haar dat zij haar leven zo goed op de rit heeft, gelukkig is, goed in haar vel zit en nog steeds die sprankeling heeft in haar ogen. Ook voelde ik trots voor mezelf. Daar stond ik dan maar voor een groep mensen te spreken en dat voelde goed. Wie weet zit er een carrière move voor me in. Wie weet.

Semih

IMG-20160522-WA0000

Foto: Maaike Dekkers

Ik zie, ik zie, wat jij niet ziet
en het is het kalme water
waarin mijn spiegelbeeld
mij kalmeert, sust
en vertelt dat het allemaal goed komt,
nu of morgen of in ieder geval
eens.

Ik voel, ik voel wat jij niet voelt
en het is de rust die in
mijn bleke tere lijf stroomt
na de stormen is het bloed
gekalmeerd, stroomt weer door
mijn aderen en ademt
het leven.

Ik ruik, ik ruik wat jij niet ruikt
en het is vrijheid,
verse grassprieten verstrengeld
door mijn vingers, het riet dat prikt
in mijn billen, schuurt hier en daar,
herinnert me aan de onschuld die
het zonlicht weerkaatst.

Ik hoor, ik hoor wat jij niet hoort
en het is …
geen buurman, boos bonkend op de muren
geen muziek midden in de nacht
geen vloeken, dreigen, tieren
alleen het zachte ruisen van de wind
volkomen natuurlijk stil.

Titelloos

Donkere ogen staren me aan,
een blik veelzeggend
of juist woordenloos, beeldloos,
ongrijpbaar in betekenis.

Wat wil je me vertellen,
over pijn of verdriet
over leven en lijden
over de groeven in je lijf
die geamputeerde delen
die verhalen meer dan je
in woorden kunt uitdrukken.

Je handen hoog in de lucht,
graaiend, grijpend,
hopend op de vlucht van het bitter,
de smaak van vervlogen tijden.